Eisen voor danexamens
Een DAN-examen in judo bestaat uit drie onderdelen:
- kata (vervalt bij 1ste dan-examen als je 100 wedstrijdpunten hebt)
- tachi-waza (staande technieken)
- ne-waza (grondtechnieken)
Paul de Witt maakte een grondig overzicht van alle verplichte technieken voor je danexamen (PDF, 92KB). Voor 1e t/m 3e dan mag je een eigen programma laten zien van maximaal 7 minuten. De examinatoren kunnen altijd aanvullende vragen stellen en je moet aan de kata-eisen voldoen. Verder dien je de Japanse naamgeving te kennen.
Voorbeeldvragen voor het 1e t/m 3e DAN-examen
- Demonstreer nage-waza (werptechnieken) vanuit beweging
- Laat een aantal van je favoriete judotechnieken zien
- Laat je favoriete worp zien in meerdere richtingen
- Reageer op een duwende uke (2/3)
- Reageer op een trekkende uke (2/3)
- Reageer als uke je aan één kant vastpakt (2/3)
- Reageer als uke je kruislings vastpakt (2/3)
- Reageer als uke links/rechts voorstaat
- Demonstreer kaeshi-waza (overnametechnieken) na een aanval
- Demonstreer renraku-waza (overname- of verbindingstechnieken) na een aanval
- Laat een aantal bevrijdingstechnieken zien uit osae-waza (houdgrepen)
- Demonstreer kumi-kata (pakkingen) vanuit beweging, gevolgd door een werptechniek
- Laat controletechnieken zien na een werptechniek: uke ligt op de rug, met tori tussen de knieën van uke
- idem: tori ligt op de rug, met uke tussen de knieën van tori
- idem: uke staat op knieën en ellebogen
- idem: tori staat op knieën en ellebogen en wordt aangevallen door uke
- idem: uke ligt op de buik
- Demonstreer ashi-waza, goshi-waza, te-waze, sutemi-waza
- Laat hikomi-waza zien gevolgd door een controletechniek